Ondernemingen of organisaties die “arbeid” willen laten verrichten, kunnen nu beroep doen op:
- een werknemer, met wie een arbeidsovereenkomst wordt gesloten;
- enkel voor de publieke sector, een ambtenaar die wordt benoemd;
- een zelfstandige, met wie een aannemingsovereenkomst wordt gesloten;
- een vrijwilliger, met wie een vrijwilligersovereenkomst wordt gesloten.
Deze mogelijkheden worden door de Wet van 18 juli 2018, die gisteren gepubliceerd werd in het Belgisch Staatsblad, uitgebreid.
Onder welbepaalde voorwaarden kunnen sommige organisaties en ondernemingen beroep doen op een zogenaamde verenigingswerker.
Die kan ingeschakeld worden voor het uitvoeren van bepaalde werkzaamheden en kan hiervoor maximum 510,83 euro per kalendermaand en 6.130 euro per jaar onbelast verdienen. Op de vergoedingen moeten bovendien geen sociale zekerheidsbijdragen betaald worden.
Welke organisaties en ondernemingen kunnen beroep doen op een verenigingswerker?
Zowel organisaties uit de private als uit de publieke sector kunnen van deze mogelijkheid gebruik maken. Voorwaarde is dat de organisatie noch rechtstreeks noch onrechtstreeks enig voordeel uitkeert of bezorgt aan haar stichters of bestuurders en zij ingeschreven is in de Kruispuntbank van Ondernemingen.
Ook openbare besturen kunnen beroep doen op een verenigingswerker.
Welke activiteit kan een verenigingswerker uitvoeren?
De wet somt de activiteiten op die de verenigingswerker mag uitvoeren. Enkel de opgesomde activiteiten zijn toegelaten.
Het gaat in de eerste plaats over een aantal specifieke functies, zoals animator en gelijkwaardige activiteiten binnen de jeugdbeweging en/of speelpleinwerking, allerlei functies binnen de sportwereld, zoals trainer, scheidsrechter, jurylid,…, de functie van coördinator of beheerder van jeugdhuizen, gidsen, enzovoort.
De wet somt daarnaast een aantal opdrachten op die bij een grote groep van organisaties kunnen worden uitgevoerd. Het betreft grosso modo hulp en ondersteuning bij het administratief beheer, de praktische organisatie van activiteiten, het opstellen van nieuwsbrieven en publicaties, het meewerken aan websites, het verstrekken van opleidingen, lezingen en presentaties.
Die activiteiten kunnen uitgevoerd worden bij sportverenigingen, natuurorganisaties, organisaties ter bescherming van het cultureel en historisch erfgoed, jeugdorganisaties, organisaties voor ontwikkelingssamenwerking, musea, verenigingen ter bevordering van plastische en literaire kunst, theaterhuizen en gezelschappen, muziekensembles, zang- en dansgezelschappen en circusgroepen.
Een andere, belangrijke activiteit is het bieden van ondersteuning in woonzorgcentra en voorzieningen voor personen met een handicap. De ondersteuning moet aangeboden worden aanvullend op de activiteiten van het vast personeel en kunnen onder meer bestaan uit het gezelschap houden van mensen en het meehelpen bij activiteiten en uitstappen.
Kan iedereen verenigingswerker worden?
Neen, de verenigingswerker moet een gewoonlijke en hoofdzakelijke beroepsactiviteit uitoefenen als werknemer, ambtenaar of zelfstandige. Hij mag die activiteit niet uitoefenen bij de organisatie waar hij verenigingswerker wordt.
Ook een gepensioneerde werknemer, zelfstandige of ambtenaar kan verenigingswerker worden.
Personen die een werkloosheids- of ziekteuitkering ontvangen, kunnen verenigingswerk alleen maar uitvoeren als zij die activiteit aangeven en het een voortzetting betreft van een activiteit als verenigingswerker die aanving vóór de respectievelijke werkloosheids- of ongeschiktheidsperiode.
De verenigingswerker mag in het jaar voorafgaand aan de aanvang van zijn activiteiten niet werkzaam geweest zijn voor de organisatie als werknemer, uitzendkracht, ter beschikking gestelde werknemer, ambtenaar of zelfstandige. Maar als de arbeidsovereenkomst een einde nam ingevolge pensionering, mag de werknemer wel onmiddellijk als verenigingswerker werkzaam worden.
Welke formaliteiten moeten vervuld worden?
Er moet een schriftelijke overeenkomst gesloten worden uiterlijk bij aanvang van het verenigingswerk. Die overeenkomst moet een aantal verplichte vermeldingen bevatten. Zo moet de overeenkomst gesloten worden voor een bepaalde duur met een maximum van 1 jaar.
De organisatie die een verenigingswerker tewerkstelt, moet een verzekering afsluiten die de burgerlijke aansprakelijkheid van de organisatie voor de handelingen gesteld door de verenigingswerker dekt. Ook moet een verzekering worden gesloten voor de lichamelijke schade die de verenigingswerker zou oplopen naar aanleiding van ongevallen bij de uitvoering van het werk.
De organisatie moet bovendien op elektronische wijze melding doen van de prestaties van de verenigingswerker en de daaraan verbonden vergoeding.
Hebt u vragen over de toepassing van het verenigingswerk? Commit Advocaten helpt u graag verder.
Ondanks alle zorg die besteed is aan het opstellen van deze tekst, blijven vergissingen en/of onvolkomenheden mogelijk. De auteur en Commit Advocaten cvba kunnen daarvoor geen aansprakelijkheid aanvaarden.